Ik keek naar mijn Oude Hond en moest aan Henk Krol denken. Waarmee ik niet bedoel dat Henk Krol op een oude hond lijkt, laat ik dat er maar meteen bij zeggen.
Sinds een paar dagen hebben we een een jonge asielzoeker in huis. Zo’n type dat hier rondloopt alsof alles van hem is, gebruik wil maken van alle faciliteiten en verwacht dat op tijd zijn eten klaar staat. Hij heeft nogal wat moeite met onze manier van leven en dat laat hij merken door zo nu en dan iets kapot te maken. Ik denk dat dat eerder met zijn taalachterstand te maken heeft dan met normen en waarden.
Ruimhartig en enthousiast als ik ben, probeer ik onze jonge vriend te helpen in zijn zoektocht naar het geluk. Ik stel grenzen, maar over het algemeen ga ik vriendelijk en welwillend met hem om. Mijn Oude Hond is minder toeschietelijk. Wanneer de nieuwkomer met hem in gesprek wil gaan of even tegen hem aan wil liggen, keert hij hem demonstratief de rug toe.
Ik geloof niet dat mijn Oude Hond iets tegen jongeren heeft. Ook van vooroordelen tegen viervoeters met een andere kleur vacht heb ik nooit iets gemerkt. Mijn Oude Hond is een groot voorstander van ontplooiingsmogelijkheden voor de jeugd. Zo lang we hem en zijn oudedagsvoorzieningen maar met rust laten.
Of is dat te veel gevraagd?